Af Wachten
Stil blijf ik zitten
Terwijl de haast
In mij dendert.
Met grote sprongen in mijn buik
Stuurt hij de onrust
Door mijn lijf.
In mijn hoofd
Razen de gedachten
Over doen en voortgaan mee
Op het ritme van de haast.
Stil blijf ik zitten.
Uren, dagen, weken
Wacht ik af
Tot het wachten af is
En de haast is uitgespeeld.
Pas dan kan ik
In alle rust
En op mijn eigen tijd
De immer voortgaande haast
Voort laten gaan.
(Marjolein Nepveu; 17 februari 2013)