Ongeduld geduld
Als het uiteindelijk lukt
Om met vriendelijk geduld
Het ongeduld te dulden
Zal er iets van ruimte ontstaan.
Om dan,
na heel lang wachten,
Te kunnen voelen hoe
Het ongeduld geduld is.
De aanleiding van dit gedichtje was mijn strijd met mijn ongeduld.
Mijn ongeduldige zoeken naar geduld, want waar haal je geduld vandaan
als er alleen maar een heleboel ongeduld is?
Dat heb ik beschreven in het volgende verhaal,
wat vooraf ging aan het schrijven van het gedichtje.
Waar haal je geduld vandaan als er alleen maar ongeduld is?
Geduld voelt zacht en wijd, zonder einde. Het ruikt naar een zwoele zomeravond. Geduld is licht en warm, het raakt me zachtjes aan, streelt zachtjes mijn wangen en verwarmt mijn hart. Het geduld is een warm blauwe, eindeloze lucht.
Ongeduld is een donkere wolk die het eindeloze blauw doorkruist. Een donkere wolk die voor de zon schuift en mij koud maakt. De wolk kan uitgroeien tot een gitzwarte onweersbui, ontstaan vanuit het niets. Een onweersbui die mij het zicht, mijn adem en mijn vrijheid beneemt en mij angst inboezemt met zijn zwart en zijn donder en bliksem.
Dulden is een werkwoord, een woord waaraan gewerkt kan worden. Het tegenovergestelde van verzetten.
Pas als ik het onweer heb leren dulden, pas als ik mijn pijn heb leren dulden, mijn verdriet, mijn eenzaamheid en mijn zwijgen, maar bovenal als ik mijn ongeduld heb leren dulden dan zal het onweer verder trekken.
Pas dan zie ik de blauwe hemel weer, onbewogen en eindeloos als voorheen. Onaangedaan door het onweer. Dan weet ik weer dat de lucht er altijd is, zelfs als deze tijdelijk onzichtbaar is verdwenen achter een donkerzwarte onweerswolk.
(Marjolein Nepveu; 27 mei 2013)